Bufferstroken

Als agrariër moet u vanaf 1 maart 2023 bij de teelt van gewassen bemestingsvrije bufferstroken langs het oppervlaktewater hebben. Dit volgt uit de derogatiebeschikking op grond van de Europese Nitraatrichtlijn. Doet u als agrariër mee aan het Europese Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB)? Dan moet u vanaf 1 januari 2023 bij de teelt van gewassen bemestingsvrije én spuitvrije bufferstroken langs het oppervlaktewater hebben. Daarnaast blijven voor u als agrariër de bekende teeltvrije zones langs het oppervlaktewater verplicht. Wij blijven controleren op teeltvrije zones. Hieronder leest u meer over de bufferstroken en wat u hierop wel en niet mag doen.
Hoe breed zijn de bufferstroken?
In de nationale uitvoeringsregelingen voor bufferstroken en het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid zijn de breedtes van bufferstroken gelijk. Breedtes zijn afhankelijk van het soort oppervlaktewater (waterlopen) en de zogenoemde 4%-regel.
Bufferstroken langs KRW-waterlichamen
Langs waterlopen die voor de Kaderrichtlijn Water (KRW) zijn aangewezen - KRW-waterlichamen - moet u een bufferstrook van 5 meter hebben. Is de oppervlakte aan bufferstrook van 5 meter meer dan 4% van de totale oppervlakte van het (topografische) landbouwperceel? Dan mag u de bufferstrook versmallen naar 3 meter. Is ook de oppervlakte aan bufferstrook van 3 meter meer dan 4% van de totale oppervlakte van het (topografische) landbouwperceel? Dan mag u de bufferstrook zelfs versmallen naar 1 meter, mits het KRW-waterlichaam niet breder is dan 10 meter (van insteek tot insteek).
Let op! U mag de bufferstrook nooit smaller maken dan de huidige verplichte teeltvrije zone.
Bufferstroken langs watervoerende sloten
Langs watervoerende sloten moet u een bufferstrook van 3 meter hebben. Is de oppervlakte aan bufferstrook van 3 meter meer dan 4% van de totale oppervlakte van het (topografische) landbouwperceel? Dan mag u de bufferstrook versmallen naar 1 meter. Is ook de oppervlakte aan bufferstrook van 1 meter meer dan 4% van de totale oppervlakte van het (topografische) landbouwperceel? Dan mag u de bufferstrook zelfs versmallen naar 0,5 meter.
Let op! U mag de bufferstrook nooit smaller maken dan de huidige verplichte teeltvrije zone.
Bufferstroken langs droge sloten
Ook langs droge sloten moet u een bufferstrook hebben. Het gaat om 1 meter breed en hier geldt de 4%-regel niet.
Soort oppervlaktewater en bufferstroken
In onderstaande tabel zijn de breedtes van bufferstroken met de 4%-regel overzichtelijk weergegeven.
Soort oppervlaktewater | Hoofdregel | 1e berekening > 4% | 2e berekening > 4% |
---|---|---|---|
KRW-waterlichamen > 10 meter breed | 5 meter | 3 meter | Blijft 3 meter |
KRW-waterlichamen ≤ 10 meter breed | 5 meter | 3 meter | 1 meter |
Watervoerende sloten | 3 meter | 1 meter | 0,5 meter |
Droge sloten | 1 meter | Blijft 1 meter | Blijft 1 meter |
Noot: Ecologisch kwetsbare waterlopen staan niet in de tabel, omdat deze waterlopen met een breedte van 5 meter niet in Flevoland liggen.
KRW-waterlichamen
In Flevoland zijn alle tochten en vaarten, zoals Luttelgeestervaart en Swiftervaart, aangewezen voor de Kaderrichtlijn Water. Dat geldt ook voor provinciale hoofdvaarten, zoals Urkervaart en Hoge Vaart. In deze viewer(externe link) kunt u inzoomen en bekijken of er een KRW-waterlichaam langs uw landbouwperceel ligt.
Watervoerende sloten
In Flevoland gaat het om de volgende soorten sloten:
- D-tocht (stuk watergang vóór een tocht);
- Wateraanvoersloot;
- Kavelsloot;
- Kwel-/dijksloot;
- Wegsloot;
- Erfsloot.
Droge sloten
Definitie van droge sloot: ‘Een sloot die in de periode van 1 april tot 1 oktober droog staat’. Pompt u een droge sloot vol met water voor beregening van landbouwgewassen? Dan voldoet de sloot niet meer aan de definitie.
In principe zijn alle sloten in Flevoland watervoerende sloten, tenzij de sloot voldoet aan de definitie van droge sloot. Wij hebben geen kaartmateriaal met droge sloten beschikbaar.
Gecombineerde opgave: ga uit van de werkelijke situatie in het veld
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) geeft in ‘Mijn percelen’ van de Gecombineerde opgave aan welke bufferstroken van toepassing zijn op uw landbouwpercelen. Dit gebeurt op basis van het soort oppervlaktewater die nu als zodanig bekend zijn en de 4%-regel. U kunt zelf de bufferstroken controleren en aangeven of een watervoerende sloot alsnog als droge sloot aangemerkt moet worden en omgekeerd.
Diverse sloten staan in ‘Mijn percelen’ niet goed aangegeven. Volgens RVO moeten agrariërs, waterschappen en de NVWA van de werkelijke situatie in het veld uitgaan. Met vragen over de kaartlagen ‘Bufferstroken’ en ‘Waterlopen’ in ‘Mijn percelen’ kunt u terecht bij RVO, bereikbaar via het telefoonnummer 088 - 042 42 42. Meer informatie vindt u op: Alles over bufferstroken (rvo.nl)(externe link) en Bufferstroken in Mijn percelen (rvo.nl)(externe link).
Hoe meet ik de bufferstrook?
De bufferstrook meet u vanaf de insteek van een KRW-waterlichaam, watervoerende sloot en droge sloot. De insteek is het snijpunt van de raaklijnen van het talud en het horizontale maaiveld (landbouwperceel). Het gaat dus om de ‘knik’ tussen talud en landbouwperceel. Ter verduidelijking is de insteek op onderstaande figuur weergegeven.

Bij een flauw talud meet u de bufferstrook vanaf 100 cm vanaf de waterlijn in de richting van het landbouwperceel. Een flauw talud is minimaal 200 cm breed (schuin op het talud gemeten) en heeft een helling niet steiler dan 1:3. Dit is een verhouding waarbij 1 staat voor de hoogte en 3 staat voor de breedte. In Flevoland hebben tochten met traditionele oevers en tochten met duurzame oevers een talud met een helling van 1:2. Het betreft hier het talud van waterlijn tot insteek. Deze taluds voldoen dus helaas niet aan de definitie van een flauw talud. Dit betekent dat u de 5 meter brede bufferstrook (tochten zijn namelijk KRW-waterlichamen) vanaf de insteek moet meten.
In onderstaande figuren is deze bufferstrook langs een tocht met een traditionele oever en een tocht met een duurzame oever weergegeven.


Bij vaarten en provinciale hoofdvaarten is sprake van een berm (vlak talud) boven het water en een talud met een helling van 1:2. De lengte van het vlakke talud is ≥ 200 cm. Combinatie van berm met talud - een getrapt talud - heeft een gemiddelde helling van minimaal 1:3,7. Deze taluds voldoen daarmee wel aan de definitie van een flauw talud. Dit betekent dat u de 5 meter brede bufferstrook (vaarten en provinciale hoofdvaarten zijn namelijk KRW-waterlichamen) 100 cm vanaf de waterlijn mag meten. In onderstaande figuur is deze bufferstrook langs een (provinciale) (hoofd)vaart met een getrapt talud weergegeven.

Wat mag wel en niet in de bufferstrook en teeltvrije zone?
De regels voor bufferstroken vanuit de derogatiebeschikking en het GLB en voor teeltvrije zones vanuit het Activiteitenbesluit zijn verschillend. In onderstaande tabel is overzichtelijk weergegeven wat u wel en niet mag.
Bemestingsvrije bufferstrook (derogatiebeschikking) | Bufferstrook GLB | Teeltvrije zone* | |
---|---|---|---|
Welk gewas? | Alle gewassen | Alle gewassen | Geen gewas of ander gewas dan hoofdteelt** |
Gebruik meststoffen? | Nee | Nee | Nee |
Gebruik gewasbeschermingsmiddelen? | Ja | Nee | Nee*** |
- * Heeft u een ontheffing voor versmalling van de teeltvrije zone langs een tocht of vaart met een breed talud van minimaal 300 cm tussen waterlijn en insteek? Deze ontheffing geldt helaas niet voor de bufferstrook.
- ** Bij grasland mag wel gras in de teeltvrije zone staan.
- *** Pleksgewijze toepassing van een onkruidbestrijdingsmiddel met een afgeschermde spuitdop is toegestaan. Als u meedoet met het GLB, dan mag dit niet.
De bufferstrook kan breder zijn dan de teeltvrije zone maar nooit smaller
Heeft u vragen over bufferstroken?
Neem contact op met Bert van den Bosch van het team Watertoezicht. Bel naar 06 - 1132 4106 of stuur een e-mail naar: b.vandenbosch@zuiderzeeland.nl. Wij helpen u graag!
Dempen van sloten
Overweegt u om een sloot te dempen? Hiervoor moet u eerst een watervergunning op grond van de Keur van Waterschap Zuiderzeeland aanvragen. Dit doet u digitaal via het Omgevingsloket online: www.omgevingsloket.nl(externe link).
Voor vragen over een slootdemping en het indienen van een vergunningaanvraag, kunt u contact opnemen met het team Waterprocedures. Bel naar 0320 - 274 911 of stuur een e-mail naar: waterprocedures@zuiderzeeland.nl.